De Kluiverboom stelt de vraag: “Hoe gaan we om met de erfenis van het postmodernisme, nadat het in een reeks renovaties is herschreven?”. Dit project gaat over een gebouw dat gelaagd en compact is en getuigt van het werken met ‘het beschreven blad’ en het herschrijven van de volgorde ervan.
De Kluiverboom is een MBO-school in Groningen, opgericht in 1989, waar dienstverleners zoals kappers, schoonheidsspecialisten en verpleegkundigen hun vak leerden en uitoefenen, maar ook algemene theoretische cursussen kregen. Het oorspronkelijke gebouw had een logica gecentreerd rond een winkelplein met dubbele hoogte dat fungeerde als ontmoetingsplaats voor zowel studenten van verschillende beroepen als bezoekers van het gebouw die van deze diensten gebruik maakten.
Bij een renovatie in 1996 werd het gebouw naar het westen uitgebreid met een nieuwe vleugel voor extra onderwijszalen en naar het zuiden met een postmoderne geëxtrudeerde cilinder, waarin een mediatheek gehuisvest werd. Het nieuwe plan verving de hoofdingang van het gebouw en verwijderde daarmee de directe as die de oorspronkelijke hoofdentree verbond met het ‘Winkelplein’ van het gebouw. Ondersteunende functies vervingen de praktijkruimtes rond het voormalige ‘Winkelplein’, de vide boven het plein werd gesloten. Hiermee ging de oorspronkelijke logica van het gebouw verloren. Het huidige gebouw concentreert zich rond het binnenhof dat is losgekoppeld van de verplaatste hoofdentree. Hierdoor betreden de meeste studenten het gebouw via de secundaire ingang op het Zuiden, waardoor een verwarrende plattegrond en ruimtelijke ervaring en afwikkeling van functies ontstaat.
Mevrouw Meijer en de Kluiverboom vroegen om een nieuw ruimtelijk plan gericht op het maximaliseren van het gebruik van de bestaande ruimte door een functionele en sociale re-organisatie en het vinden van extra ruimte om de huidige en toekomstige groei van de school mogelijk te maken.
Het nieuwe ruimtelijk plan richt zich op het versterken van de binnenplaats van het gebouw als ontmoetingsplaats tussen de verschillende gebruikers, waardoor deze het nieuwe hart van het gebouw wordt. De ruimte is een binnenruimte geworden door het te overdekken met een glazen dak en glazen wanden te laten aansluiten op de postmoderne toren. De maatvoering sluit aan op de oorspronkelijke maatvoering van de constructie. Een deel van de mediatoren is nu een binnengevel geworden; daarom zijn de gevelelementen aan deze zijde van de gevel verwijderd, zodat de betonnen constructie in het zicht komt en de ingreep visueel nog eens benadrukt.
Op de verdiepingen zijn met kleurrijke halfronde balkons, die uitsteken in de nieuwe binnenplaats, de team-ruimten vergroot. Hierdoor ontstaat er niet alleen meer ruimte, maar ook doorkijkjes en een voortzetting van de sociale interactie tussen afdelingen en tussen studenten en docenten onderling. De architectonische taal sluit aan op de postmoderne taal die het oorspronkelijke gebouw spreekt.
Het voorstel verplaatst ook de bushalte naar het noorden van het gebouw, waardoor een directe visuele en functionele relatie ontstaat tussen de entree van het gebouw en de binnenplaats. Om de entree van het gebouw te markeren, wordt het momenteel saaie, verharde gebied rondom de entree gerenoveerd tot een nieuw openbaar plein. Meer beplantingen en bomen in cirkelvormige vlakken op dit voormalig geasfalteerde plein, versterken en verbeteren de waterbestendigheid en biodiversiteit van de openbare ruimte.
Naast een verbeterde functionaliteit en ruimtelijke ervaring van binnen en buitenruimte en het vinden van ruimte binnen de bestaande muren, stelt het nieuwe plan een functionele herverdeling voor, waarbij de praktijkruimten rond de nieuwe binnenplaats worden geplaatst en de theoretische klaslokalen in de buitenring van het gebouw. Het gemeenschapsaspect van het gebouw versterkt, waardoor spontane ontmoetingen tussen studenten van verschillende praktijken in het nieuwe hart van het gebouw worden gestimuleerd.
Locatie : Groningen
Opdrachtgever: Mevrouw Meijer
Programma : MBO school
Status: Structuurontwerp
Project team: Freyke Hartemink, Jarrik Ouburg, Pedro Magalhaes, Enrica Pesce